De invloed van een excentriciteit op interne krachten
Door het ingeven van een excentriciteit valt de systeemlijn (volle lijn) niet meer samen met de referentielijn (stippelijn). De referentielijn geeft het zwaartepunt van de doornede weer, de systeemlijn is belangrijk voor het programma aangezien deze lijn aangeeft of de entiteiten verbonden zijn met elkaar of niet. Op de systeemlijn worden ook de ondersteuningen aangebracht.
TIP: De referentielijn kan zichtbaar gemaakt worden via beeldparameterinstelling > Constructie > Constructie > Staafsysteemlijn stijl
In onderstaand voorbeeld wordt een vergelijkende studie gemaakt tussen 3 situaties. Het betreft telkens een balk van 10 m waarop een verdeelde last van 10kN/m wordt gezet en die scharnierend is opgelegd.
- De eerste balk is de standaardsituatie zonder excentriciteit.
- De tweede balk heeft een excentriciteit ez van -200mm en verplaatsing in langsrichting is vast.
- De derde balk heeft ook een excentriciteit ez van -200mm maar verplaatsing in langsrichting is vrij .
Hieronder ziet u het resultaat voor het opvragen van de normaalkracht in de drie gevallen.
De eerste balk geeft een resulterende normaalkracht gelijk aan nul. Dit is ook logisch aangezien nergens uitwendige normaalkrachten worden opgelegd.
De tweede balk heeft echter een resulterende trekkracht in de balk die verschilt van nul. Deze resulterende trekkracht treedt dan weer niet op in de derde balk waar de verplaatsing in langsrichting wordt vrij gelaten.
De steunpunten worden aangebracht ter hoogte van de systeemlijn en niet ter hoogte van de neutrale vezel. Hierdoor werkt resulterend een normaalkracht op de neutrale vezel omdat de steunpunten een axiale reactiekracht kunnen opnemen. De resultante van deze reactiekrachten is echter nul omdat geen uitwendige axiale kracht aangrijpt.
Resulterend werkt dus een trekkracht op de balk. De resultante van de reactiekrachten is echter nul.