Dak van het tankstation Gas

Funderingen

De fundering van het gebouw bestaat uit betonnen poeren, en stroken ter plaatse van het tankeiland. De kolommen staan op vierkante poeren, die de afmetingen 2.300x2.300mm of 2.150x2.150mm hebben. De funderingsstrook heeft een breedte van 700mm. De aanlegdiepte van de poeren is 2,5m onder maaiveld. De aanlegdiepte van de funderingsstrook is 1,8m onder maaiveld. De bovenzijde van beide funderingen ligt 1,0m onder maaiveld en dat is ook de onderzijde van de dragende kolommen.
De funderingen zijn gewapend met KARI netten met een staafdiameter van 6mm en een maaswijdte van 100mm. Waar nodig is aanvullende wapening toegepast, met staven met een staafdiameter van 12mm. Er is stekwapening toegepast zodat de fundering met de kolom verbonden kan worden.

Verticale draagstructuur

De verticale draagstructuur wordt gevormd door drie ronde holle kolommen met een uitwendige diameter van 550mm en een inwendige diameter van 200mm. De hemelwaterafvoeren zijn binnenin deze kolommen geplaatst. De kolommen hebben een conische vorm zodat ze vloeiend overgaan in de schaalstructuur van het dak. Ter plaatse van de krommingen zijn sparingen getroffen voor verlichting en andere voorzieningen. De kolommen zijn inwendig en uitwendig gewapend met staven met een diameter van 10mm. Zowel de inwendige als uitwendige wapening wordt bij elkaar gehouden door spiraalwapening.

Horizontale draagstructuur

De horizontale draagstructuur wordt gevormd door een gebogen schaal met een dikte van 140mm. De dikte is afhankelijk van de vorm van de kegel, die vloeiend overgaat in de dragende kolom. De wapening van de dakstructuur bestaat uit staven met een diameter van 6mm en een maaswijdte van 100mm ter plaatse van de laagste kromming. Bij de overgang van kolom naar dakstructuur zijn de wangen gewapend met staven met een diameter van 12mm en bijlegwapening met een diameter van 6mm. De hoofdwapening van de wangen overlapt de hoofdwapening van de kolommen. Rondom de sparingen voor verlichting zijn speciaal gevormde wapeningsstaven met een diameter van 8mm gebruikt.

Realisatie

De bouw startte met graafwerkzaamheden begin maart 2011. De volgende stap bestond uit het maken van een bekisting, het wapenen van de poeren en funderingsstroken en aansluitend het storten van beton. Deze werkzaamheden waren halverwege de maand gereed. Aan de bovenzijde van de fundering, 1,0m onder maaiveld, werd rekening gehouden met de stekwapening die nodig was om de kolommen te kunnen verbinden. Het storten van kolommen was in twee fasen verdeeld (ter plaatse van +3.060mm en +4.922mm - wangen) waarna een vloeiende stort van de dakstructuur mogelijk was (+5.457mm en hoger) eind april 2011. Traditionele bekistingsystemen en een op maat gemaakte bekisting ter plaatse van de wangen zijn gebruikt. De structuur werd tijdens de fase van storten en aansluitend 14 dagen uitharden ondersteund, totdat de Schmidt Hammer test procedure aantoonde dat de structuur voldoende draadkrachtig was, eind mei 2011. Het ontkisten betekende het eind van de ruwbouwwerkzaamheden. Het hele bouwproces verliep vlekkeloos en volgens de voorgeschreven planning, waardoor het gebouw in gebruik genomen kon worden in augustus 2011.

Toegepaste materialen

• Beton funderingsconstructies STN EN 206-1 VC25/30 XC1 (SK) - C1 0,4 - Dmax 16-32 - S3, toeslagmateriaal SILICATEN 2%
• Beton bovenbouw STN EN 206-1 VC25/30 XC1 (SK) - C1 0,4 - Dmax 16 - S3, toeslagmateriaal SILICATEN 2%
• KARI netwapening ø6-100
• Wapeningsstaal ø10 505 (R)